Nokia 2600 classic - Opladen en ontladen

background image

Opladen en ontladen

Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De batterij

kan honderden keren worden opgeladen en ontladen

maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Wanneer de

gesprekstijd en stand-by tijd aanmerkelijk korter zijn dan

normaal, moet u de batterij vervangen. Gebruik alleen

batterijen die door Nokia zijn goedgekeurd en laad de

batterij alleen opnieuw op met laders die door Nokia zijn

goedgekeurd en bestemd zijn voor dit apparaat.
Als u de nieuwe batterij voor de eerste keer gebruikt of als

u de batterij langere tijd niet hebt gebruikt, is het mogelijk

dat u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens

opnieuw moet aansluiten om het opladen te starten.
Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet

gebruikt. Houd niet een volledig opgeladen batterij

gekoppeld aan de lader omdat de levensduur van de

batterij kan afnemen wanneer deze wordt overladen. Als

een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, wordt

deze na verloop van tijd automatisch ontladen.

I n f o r m a t i e o v e r d e b a t t e r i j

© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.

57

background image

Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten

duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt

weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze

bestemd is. Gebruik nooit een beschadigde lader of

batterij.
Let op dat u geen kortsluiting veroorzaakt in de batterij.

Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer een metalen

voorwerp zoals een munt, paperclip of pen direct contact

maakt met de positieve (+) en negatieve (-) poolklemmen

van de batterij. Deze klemmen zien eruit als metalen strips.

Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een

reservebatterij in uw zak of tas hebt. Kortsluiting van de

poolklemmen kan schade veroorzaken aan de batterij of

aan het voorwerp waarop deze is aangesloten.
De capaciteit en de levensduur van de batterij nemen af

wanneer u deze op hete of koude plaatsen bewaart (zoals

in een afgesloten auto in de zomer of in winterse

omstandigheden). Probeer de batterij altijd te bewaren op

een temperatuur tussen 15°C en 25°C (59°F en 77°F). Een

apparaat met een warme of koude batterij kan gedurende

bepaalde tijd onbruikbaar zijn, zelfs wanneer de batterij

volledig opgeladen is. De batterijprestaties zijn met name

beperkt in temperaturen beduidend onder het vriespunt.
Gooi batterijen niet in het vuur. De batterijen kunnen dan

ontploffen. Batterijen kunnen ook ontploffen als deze

I n f o r m a t i e o v e r d e b a t t e r i j

© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.

58

background image

beschadigd zijn. Verwerk batterijen in overeenstemming

met de lokale regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk

in voor recycling. Gooi batterijen niet weg met het

huishoudafval.
Ontmantel of sloop de geheugencellen of batterijen niet.

Als een batterij lekt, moet u ervoor zorgen dat de vloeistof

niet in contact komt met de huid of ogen. Als dat toch

gebeurt, moet u uw huid en ogen onmiddellijk met water

uitspoelen of medische hulp zoeken.