7. Contacten
Selecteer Menu > Contacten.
U kunt namen en nummers opslaan in het geheugen van
de telefoon en in het geheugen van de SIM-kaart. In het
telefoongeheugen kunt u contacten opslaan met nummers
en tekst. Namen en nummers die zijn opgeslagen in het
geheugen van de SIM-kaart worden aangegeven met
.
Als u een contact wilt toevoegen, selecteert u Namen >
Opties > Nieuw contact. Om details toe te voegen aan
een contact, controleert u of het geheugen Telefoon of
Telefoon en SIM actief is. Selecteer vervolgens Namen,
blader naar de naam en selecteer Gegev. > Opties > Info
toevoegen.
Om te zoeken naar een contact, selecteert u Namen en
bladert u door de lijst met contacten of voert u de eerste
letters in van de naam die u zoekt.
C o n t a c t e n
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
34
U kunt een contact kopiëren tussen het telefoongeheugen
en het geheugen van de SIM-kaart door Namen >
Opties > Contact kopiëren te selecteren. In het
geheugen van de SIM-kaart kunt u per naam maar één
telefoonnummer opslaan.
Selecteer Instellingen om aan te geven of u contacten wilt
opslaan op de SIM-kaart of in het telefoongeheugen, om
de weergave van namen en nummers in Contacten te
bepalen en om de beschikbare en gebruikte
geheugenruimte voor contacten te bekijken.
U kunt contactgegevens als visitekaartje verzenden naar
en ontvangen van een compatibel apparaat dat de vCard-
standaard ondersteunt. Als u een visitekaartje wilt
verzenden, selecteert u Namen, zoekt u de contactpersoon
waarvan u de gegevens wilt verzenden en selecteert u
Gegev. > Opties > Visitek. verzenden.